Op 21 april 1906 wordt in het pand Folkingestraat nr. 21 Sigarenmagazijn ‘Metropole’ geopend. In het pand bevindt zich ook een sigarenfabriek. Eigenaar is Alexander Barnstijn geboren op 5 november 1851 te Leeuwarden als jongste van de 8 kinderen van Levij Salomon Barnstijn (Hoorn, omstreeks 1792 – Leeuwarden, 6 januari 1859) en Racheltje Levie Canter (Harlingen, 10 november 1806 – Groningen, 26 januari 1886). Na het overlijden van haar man vertrekt Racheltje op 24 april 1869 met haar kinderen van Leeuwarden naar Groningen.
Alexander trouwt op 23 mei 1880 met Jette Hichentlich. Op de huwelijksakte wordt vermeld dat Alexander van beroep sigarenmaker is. Jette overlijdt op 9 februari 1893 slechts 39 jaar oud, haar man achterlatend met 3 kinderen: Levie, Carolina Geertruida en Leonard.
Na het overlijden van Jette treedt Alexander op 20 augustus 1893 opnieuw in het huwelijk met Saartje Gans. Uit dit huwelijk wordt nog dochter Rosa geboren.
Fotograaf B. van der Zijl & Zoon – Collectie Groninger Archieven
Alexander Barnstijn is lid van de Vereniging van Sigarenfabrikanten zoals blijkt uit een advertentie van deze vereniging in het Nieuwsblad van het Noorden d.d. 8 november 1899. In maart 1906 wordt hij verkozen als lid van de Kamer van Arbeid, afdeling voedings- en genotsmiddelen. In datzelfde jaar wordt het pand aan de Folkingestraat 21 verbouwd met als resultaat sigarenmagazijn ‘Metropole’.
De zonen van Alexander treden in de voetsporen van hun vader. Op 15 april 1918 wordt bij notaris H. Sanders een akte opgemaakt waarin de broers Leonard en Louis (Levie) samen de vennootschap onder de firma A. Barnstijn aangaan.
Dat de firma A. Barnstijn Joods is goed op te maken uit de winkeltijden die men aanhoudt. De winkel is gesloten tijdens de Sjabbat en geopend op zondag. Hoewel de winkelsluitingswet van 1933 niet meer toestaat dat de winkel op zondag tot 18:00u geopend is mag deze wel open blijven tot 14:00u.
Terwijl Leo zich bezighoudt met de winkel in de Folkingestraat opent Louis een sigarenmagazijn aan de Brugstraat no. 3. Dit plaatste klanten soms in een lastig parket want waar moesten zij hun waren kopen zonder een van hen tekort te doen. Zo moest Bertha Meijer als dochter van de kruidenier vanwege de goede betrekkingen op zondag tien sigaren voor haar vader halen bij Leo en de week erop moest ze tien sigaren halen bij zijn broer aan de Brugstraat valt te lezen in “De Folkingestraat historisch bekeken”.
In 1921 wordt de Handelsregisterwet ingevoerd en het bedrijf aan de Folkingestraat 21 officieel ingeschreven in het Handelsregister Kamer van Koophandel te Groningen onder de naam Firma A. Barnstijn. Helaas ontkomt het bedrijf niet aan de anti-Joodse maatregelen van de bezetter en wordt opgeheven in 1942.
Tegenwoordig kan men de Noord-Afrikaanse kruidenierswinkel “Le Souc” vinden op de Folkingestraat 21a.
Bronnen:
Boek: “De Folkingestraat historisch bekeken” ( Johan van Gelder)
Alle Friezen
Delpher
Groninger Archieven
Ned. Staatscourant
Nieuwsblad van het Noorden
N.I.W.
Illustraties:
Groninger Archieven
Ned. Staatscourant
Nieuwsblad van het Noorden
N.I.W.
Gepubliceerd:
02-03-2021